Ernst Verduin
Ernst Verduin groeit op in Bussum, samen met zijn oudere zus Wanda. Zijn ouders hebben veel niet-joodse -vrienden en kennissen. Het is een sportief gezin. Vrije tijd brengen zij door met wandelen, fietsen en zeilen. Ook kamperen zij graag. De vader van Ernst is eigenaar van een goed florerende fabriek van dameshoeden.
Als de oorlog in mei 1940 uitbreekt, is Ernst 12 jaar oud. Al snel treffen de anti-joodse maatregelen het gezin Verduin: Ernst en Wanda worden van school gestuurd, allen moeten de ster dragen, vader raakt zijn bedrijf kwijt en het gezin wordt door de Duitse bezetter gedwongen naar Amsterdam te verhuizen.
Als het ophalen van joden begint, zijn de vader van Ernst en zijn zus Wanda voorlopig vrijgesteld van deportatie. Zij hebben een zogenaamde Sperre, een bewijs van uitstel van deportatie. Het gezin maakt plannen om met behulp van niet-joodse vrienden onder te duiken. Onderduikadressen en valse papieren zijn al klaar.
Op 14 januari 1943 is Ernst ’s avonds bezig met zijn huiswerk Frans als een Duitser en twee Nederlandse politieagenten ineens in huis staan en het gezin Verduin meenemen, ondanks de Sperren. Er was geen ontkomen meer aan. Zij worden naar de Hollandsche Schouwburg gebracht en op 16 januari naar het Muiderpoortstation vervoerd voor vertrek naar Vught. Het is het eerste transport vanuit Amsterdam naar Konzentrationslager Herzogenbusch, zoals de Duitsers het kamp in Vught noemen. Ernst is dan 15 jaar.
Kamp Vught is net in gebruik genomen en nog lang niet klaar. Er is gebrek aan alles, vooral aan eten en goed drinkwater. Van vrienden ontvangt het gezin pakketten met eten.
Dagelijks moet Ernst, evenals andere jongeren, op appèl staan. Hij wordt soms door de SS geslagen en geschopt.
Ernst ontkomt aan het Kindertranport, maar op 16 september 1943 moet hij toch weg, samen met zijn zus Wanda en andere jongeren. Via Westerbork worden zij gedeporteerd naar Auschwitz-Birkenau. In Vught heeft Ernst voldoende gehoord over de kampen in Polen om bij aankomst bewust afscheid te nemen van zijn zus. Wanda sterft op 15 februari 1944 in Auschwitz.
Ernst is tewerkgesteld in Monowitz, vlak bij Auschwitz. Met werken, veel geluk en hulp van anderen ontsnapt hij verscheidene malen aan de dood. In januari 1945, als de Geallieerden in aantocht zijn, wordt Monowitz leeggeruimd en volgt voor Ernst een tocht in open wagons naar Duitsland, uiteindelijk Buchenwald. Hier wordt hij op 11 april door de Amerikanen bevrijd.
Een maand later is hij in Nederland. Eind juni hoort Ernst dat zijn moeder nog leeft. Maanden later keert zij terug, uit Zweden.
De vader van Ernst stierf op 15 november 1943 in Auschwitz.
Zie hier het volledige interview.